Soesjes

Verwarm de oven voor op 210 graden Celsius. Breng de boter met 3/4 kop (2 dl) water in een grote pan met dikke bodem op matig vuur al roerend aan de kook. Roer er van het vuur af snel de bloem door. Zet het mengsel terug op het vuur en ga door met kloppen to het samenklontert en loskomt van de wand. Laat het iets afkoelen.
Klop het mengsel in een kom om meer warmte vrij te laten. Voeg langzaam het losgeklopte ei toe, circa 3 tl per keer, en klop goed tot het is opgenomen en het mengsel dik en glanzend is (een houten lepel moet er rechtop in blijven staan). (Als het deeg te dun is, is het ei te snel toegevoegd. Klop dan nog enkel minuten door tot het dikker wordt.) Schep het mengsel op 2 bakplaten en laat ruimte over om het uit te spreiden. Een Volle tl deeg is genoeg voor 1 soesje (je kunt ook een spuit zak gebruiken. Besprenkel de bakplaten met water - hierdoor ontstaat stoom dat de bolletjes helpt rijzen. Bak ze in 20-30 minuten, bruin en hol. Maak een gaatje in de onderkanten. Laat ze eerst 5 min. In de oven drogen en dan afkoelen op een rooster.
Breng voor de vulling de melk in een pan aan de kook. Zet hem weg en klop de eierdooiers en suiker snel in een kom luchtig en romig. Klop de bloem erdoor. Schenk de hete melk langzaam al kloppend op het eiermengsel. Was de pan, schenk het melkmengsel erin terug en breng het kloppend met een garde aan de kook. Laat het 2 min. Onder vaak roeren koken. Doe het over in een kom, roer de vanillesuiker erdoor, bedek het oppervlak met plasticfolie om vervorming te voorkomen en zet het in de koelkast.
Spuit met een spuitzak de vulling in de soesjes door het gat aan de onderkant. Laat de chocolade en olie langzaam smelten, roer ze glad en doop de bovenkant van de soesjes erin. Laat het afkoelen. En dan lekker smullen.