Indische Pasteitjes

De kruiden (trassie, ketoembar, djienten, peper, gemberpoeder, sereh) worden in boter 2 minuten opgebraden. Dan de uien en de knoflook toevoegen en 5 minuten bakken. Het gehakt toevoegen en rul braden. Dan toevoegen de wortel, selderij, prei, djeroek poeroet bladeren en het asem-water. Laat dit samen even doorbraden en voeg dan de kippenbouillon en de suiker toe. De bouillon is zout, dus voeg verder geen zout toe. De smaak moet komen van de kruiden. Laat de massa gaar worden. Voeg op het laatst de bloem toe tot er een smeu?ge massa ontstaat. Laat deze afkoelen.
Deeg: bloem en zout in kom storten. Eieren, boter en 1-2 deciliter koud water toevoegen en met koele hand tot een soepel deeg kneden. (Volhouden, het lukt). Deeg op met bloem bestrooid werkblad uitrollen tot dunne lap van ? centimeter dikte. Hieruit 25 cirkels van 10 centimeter (als borrelhap) of 15 centimeter (als voorgerecht) steken. N.B. verwerk restdeeg voortdurend totdat alles gebruikt is.
Vulling over deegcirkels verdelen en deegcirkels dichtknijpen. Handig zijn gekartelde deegknijpers die in kookwinkels of winkels van huishoudelijke zaken te koop zijn in verschillende maten; kies de gewenste maat uit..

Fijne olie (arachide, zonnebloem) verhitten tot 180? C (in een wok ? 5 centimeter). Pasteitjes in de hete olie in 2-3 minuten mooi lichtbruin en krokant bakken.