Krabravioli met saffraansaus

1 Zeef de bloem en maak in het midden een kuiltje. Breek er de eieren in en voeg een snuifje zout toe. Werk de eieren met een vork voorzichtig door de bloem. Voeg nog wat bloem toe als het deeg te plakkerig blijft, of wat water als het te droog is. Kneed het deeg verder met de handen tot een mooi elastisch deeg. Rol het met een deegroller uit tot een dunne lap van 1 millimeter dik. Snij er 2 lange lappen uit.
2 Plet het krabvlees fijn en meng er de mascarpone, cognac en dille onder. Kruid met peper en zout. Verdeel hoopjes van 1/2 koffielepel van de vulling op de helft van elke lap deeg. Bevochtig de randen en sla de deeglap dubbel. Druk de randen aan en snij er met een gekartelde raviolisnijder vierkantjes of rondjes uit.
3 Kook de ravioli beetgaar in licht gezouten water. Smelt de boter en roer er de saffraan door. Verdeel de ravioli over de borden, bedruppel met de saus en werk af met de dille en enkele cressblaadjes.